Hoge Raad, cassatie strafrecht overig

ECLI:NL:HR:2024:1631

Op 12 November 2024 heeft de Hoge Raad een cassatie procedure behandeld op het gebied van strafrecht overig, wat onderdeel is van het strafrecht. Het zaaknummer is 22/02010, bekend onder identificatienummer ECLI:NL:HR:2024:1631.

Soort procedure:
Instantie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer(s):
22/02010
Datum uitspraak:
12 November 2024
Datum publicatie:
8 November 2024
Formele relaties:
Conclusie: ECLI:NL:PHR:2024:982

Indicatie

Art. 416.2 Sv na veroordeling t.z.v. diefstal van elektrische fiets m.b.v. loper, art. 311.1.5 Sr. Ontvankelijkheid hoger beroep, appelschriftuur aan cassatieschriftuur gehecht. Kon hof (enkelvoudige kamer) oordelen dat door of namens verdachte geen schriftuur houdende grieven is ingediend en dat verdachte mede daarom ex art. 416.2 Sv n-o wordt verklaard in h.b., nu hof geen acht heeft geslagen op de aan cassatieschriftuur gehechte grieven, die dag vóór rolzitting in h.b. per e-mail via “zivver” (veilig mailen) zijn ingediend en zijn ontvangen in mailbox van hof? HR: Om redenen vermeld in CAG slaagt middel. CAG: Uit e-mailbericht van bestuurslid hof, daarbij gevoegde correspondentie en met cassatieschriftuur meegezonden stukken volgt dat tijdig via “zivver” grieven zijn ingediend die zijn ontvangen in mailbox die destijds gebruikt kon worden om schrifturen in te dienen. Een en ander geeft grond voor (minst genomen) ernstig vermoeden dat namens verdachte voorafgaand aan onderzoek ttz. een schriftuur houdende grieven is ingediend.

Volgt vernietiging en terugwijzing. Samenhang met 22/01998 en 22/02011.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

STRAFKAMER

Nummer 22/02010

Datum 12 november 2024

ARREST

op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof Den Haag van 18 mei 2022, nummer 22-002496-21, in de strafzaak

tegen

[verdachte] ,

geboren in [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1991,

hierna: de verdachte.

Procesverloop

1
Procesverloop in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft I. Car, advocaat in Rotterdam, bij schriftuur een cassatiemiddel voorgesteld.

De advocaat-generaal B.F. Keulen heeft geconcludeerd tot vernietiging van het bestreden arrest en terugwijzing van de zaak naar het gerechtshof Den Haag teneinde op het bestaande hoger beroep opnieuw te worden berecht en afgedaan.

Overwegingen

2
Beoordeling van het cassatiemiddel
2.1

Het cassatiemiddel keert zich tegen de niet-ontvankelijkverklaring door het hof van het door de verdachte ingestelde hoger beroep.

2.2

Het cassatiemiddel slaagt. De redenen daarvoor staan vermeld in de conclusie van de advocaat-generaal.

Beslissing

3
Beslissing

De Hoge Raad:

- vernietigt de uitspraak van het hof;

- wijst de zaak terug naar het gerechtshof Den Haag, opdat de zaak opnieuw wordt berecht en afgedaan.

Dit arrest is gewezen door de vice-president M.J. Borgers als voorzitter, en de raadsheren C.N. Dalebout en F. Posthumus, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 12 november 2024.