Rechtbank Limburg, eerste aanleg - enkelvoudig verbintenissenrecht

ECLI:NL:RBLIM:2019:10911

Op 4 December 2019 heeft de Rechtbank Limburg een eerste aanleg - enkelvoudig procedure behandeld op het gebied van verbintenissenrecht, wat onderdeel is van het civiel recht. Het zaaknummer is 04 7941632 \ CV EXPL 19-5184, bekend onder identificatienummer ECLI:NL:RBLIM:2019:10911. De plaats van zitting was Roermond.

Soort procedure:
Instantie:
Zaaknummer(s):
04 7941632 \ CV EXPL 19-5184
Datum uitspraak:
4 December 2019
Datum publicatie:
4 December 2019
Formele relaties:
Hoger beroep: ECLI:NL:GHSHE:2022:1244

Indicatie

Bevoegdheid Nederlandse rechter. Ambtshalve toetsing o.g.v. Brussel I bis-Verordening (EU) nr. 1215/2012. Door Nederlandse onderneming in België werkzaamheden uitgevoerd voor in België wonende gedaagde partij. Forumkeuze in algemene voorwaarden onvoldoende om bevoegdheid Nederlandse rechter aan te nemen. In de procedure is alleen de factuur overgelegd, waarin naar die voorwaarden wordt verwezen, overgelegd. Bij gebreke van overlegging van de overeenkomst, waarin uitdrukkelijk naar die voorwaarden wordt verwezen, is de bevoegdheid van de Nederlandse rechter onvoldoende onderbouwd. Op grond van artikel 4 van de voormelde Verordening dient gedaagde partij opgeroepen te worden voor de rechter van haar woonplaats.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht

Zittingsplaats Roermond

Zaaknummer: 7941632 \ CV EXPL 19-5184

Vonnis van de kantonrechter van 4 december 2019

in de zaak van:

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[eiser in conventie, verweerder in reconventie] B.V.,

gevestigd te [vestigingsplaats eiser in conventie, verweerder in reconventie] ,

eisende partij in conventie, verweerder in reconventie,

gemachtigde mr. M.J. Gommans,

tegen:

[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] ,

wonend [adres gedaagde in conventie, eiser in reconventie] ,

[woonplaats gedaagde in conventie, eiser in reconventie] ,

gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie,

gemachtigde mr. K.A.M.J. Horsch.

Partijen zullen hierna [eiser in conventie, verweerder in reconventie] en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] genoemd worden.

1
De procedure
1.1.

[eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft gevorderd dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] wordt veroordeeld tot het voldoen van de vordering zoals die in de dagvaarding is verwoord. Voordat daartegen inhoudelijk verweer is gevoerd, heeft [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] primair de bevoegdheid van de kamer voor kantonzaken aan de orde gesteld. Voorts heeft [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] geantwoord in de hoofdzaak en een voorwaardelijke eis in reconventie ingesteld.

1.2.

[eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft verweer gevoerd tegen de incidentele vordering van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] .

1.3.

Ten slotte is vonnis in het incident tot onbevoegdheid bepaald.

Overwegingen

2
De beoordeling
2.1.

De vordering van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] in de hoofdzaak is gegrond op de stelling dat tussen partijen een overeenkomst is gesloten op grond waarvan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] in opdracht en voor rekening van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] in België spuitwerkzaamheden heeft uitgevoerd.

2.2.

Het door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] gedane beroep op de onbevoegdheid van de kantonrechter betreft niet alleen de relatieve onbevoegdheid van de kantonrechter te Roermond doch tevens de onbevoegdheid van de Nederlandse rechter om van de vordering van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] kennis te nemen.

2.3.

Omdat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] woonachtig is in [land woonplaats gedaagde in conventie, eiser in reconventie] en de aan de vordering van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] ten grondslag gelegde werkzaamheden zijn uitgevoerd in België, dient allereerst de vraag te worden beantwoord of de Nederlandse rechter bevoegd is van de vordering van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] kennis te nemen. De kantonrechter overweegt daartoe het volgende. Van toepassing is in dit verband de Verordening (EU) nr. 1215/2012 van het Europese Parlement en de Raad van 12 december 2012 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken, de zogenaamde Brussel I bis-Verordening. Volgens vaste rechtspraak moet de rechter de bevoegdheidsregeling van deze verordening ambtshalve toepassen, ongeacht of door (een van) partijen een beroep op de verordening wordt gedaan. Op grond van artikel 4 van deze verordening worden zij die woonplaats hebben op het grondgebied van een lidstaat, ongeacht hun nationaliteit, opgeroepen voor de gerechten van die lidstaat. Dit betekent dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] in beginsel voor de rechter van haar woonplaats - dus de bevoegde rechter in België - gedagvaard had moeten worden. Bij haar vordering heeft [eiser in conventie, verweerder in reconventie] echter een beroep gedaan op haar aldus [eiser in conventie, verweerder in reconventie] op de overeenkomst toepasselijke algemene voorwaarden, waarin een rechtskeuzebeding is opgenomen, te weten de rechter van haar woonplaats. Een forumkeuzebeding vervat in algemene voorwaarden van een der partijen voldoet op zichzelf niet aan het vormvoorschrift van artikel 25 lid 1, aanhef en sub a van de verordening, omdat daarmee niet is gewaarborgd dat de andere partij daadwerkelijk heeft ingestemd met de forumkeuze. Aan het vereiste van schriftelijkheid is in zo'n geval slechts voldaan indien de door beide partijen ondertekende overeenkomst uitdrukkelijk naar deze voorwaarden verwijst. Door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] is in deze procedure slechts de factuur ingebracht. De overeenkomst op grond waarvan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] de betreffende werkzaamheden zou uitvoeren en waarin uitdrukkelijk naar de algemene voorwaarden van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] wordt verwezen is door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] niet overgelegd, zodat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] onvoldoende de bevoegdheid van de Nederlandse rechter heeft onderbouwd. Samenvattend betekent een en ander dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] gedagvaard dient te worden voor de bevoegde rechter in België. De kantonrechter zal zich dan ook onbevoegd verklaren om van de vordering van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] kennis te nemen.

2.4.

Het overig in conventie gevoerde verweer behoeft vanwege het vorenstaande geen verdere bespreking. Ditzelfde geldt voor wat betreft de vordering van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] in reconventie, nu die vordering voorwaardelijk is ingesteld.

2.5.

[eiser in conventie, verweerder in reconventie] wordt aangemerkt als de in het ongelijk gestelde partij, zodat zij zal worden veroordeeld in de kosten van de procedure. Die kosten worden aan de zijde van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] begroot op een bedrag van € 360,00.

Beslissing

3
De beslissing

De kantonrechter

3.1.

verklaart zich onbevoegd om van de onderhavige vordering kennis te nemen,

3.2.

veroordeelt [eiser in conventie, verweerder in reconventie] in de proceskosten aan de zijde van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] gevallen en tot aan deze uitspraak begroot op € 360,00.

Dit vonnis is gewezen door mr. R.A.J. van Leeuwen en in het openbaar uitgesproken.

type: TC

coll: